Wat is de betekenis van Guest?

2024-04-28
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

guest

(zelfstandig naamwoord) [ict] gastgebruiker, gastbezoeker

2024-04-28
Klein hotelvademecum

Peter Joh .M. Zuidweg (2017)

Guest

Gast (van het hotel of restaurant).

2024-04-28
Internet woordenboek

Ensie (2001)

guest

(gastgebruiker) Naam waaronder gebruikers soms kunnen inloggen op een systeem zonder dat ze een eigen naam en wachtwoord hebben. De guest heeft beperkte rechten in het systeem.

2024-04-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

guest

gast, logé; introducé; genodigde; paying guest, betalende logé.