Wat is de betekenis van gagist?

2024-04-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Gagist

(Z.-Ned.) regimentsmuzikant.

2024-04-26
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Gagist

gegageerde, gagetrekkende.

2024-04-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

gagist

m. bezoldigd persoon.

2024-04-26
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

gagist

gagist, - m., bezoldigd persoon.

Gerelateerde zoekopdrachten