doem doem
(W.O. I) (Vlaanderen, sold.) zie citaat. Ook wel: dum dum. • Doem doem. VL./ Wa. Soldaat van de Tuchtkompagnie. Vgl. 'ai ai'. In vergelijking met de "dum dum" kogel, t.t.z. een gevaarlijk individu. (Tony R. De Bruyne: Soldatentaal 1914-1918. 1994)