compagniesmoeder
(19e eeuw) (sold. sch.) compagnies-sergeant-majoor. • Mon vertelt, dat een dier lieden toen geproponeerd bad, om de sergeanten-majoor, evenals te Atjeh, bij het uitrukken met de geslepen schermeabels der rustkamers te wapenen, maar eene andere snuggere compagniesmoeder repliceerde, dat die fiohermsabels immers in de garnizoenen achte...