Bram (uitdrukking)
m. (-men), verkorting van Abraham, in de uitdrukkingen: het is een echte bram2,, een druktemaker, een windbuil; de bram2, uithangen, een weelderig of losbandig leven leiden, veel vertoning maken; een hele bram2,, een grote piet: een hele bram2, in de internationale spionagewereld; het is een jan van een bram2,, een geweldige opsnijder.