Wat is de betekenis van Bram (uitdrukking)?

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bram (uitdrukking)

m. (-men), verkorting van Abraham, in de uitdrukkingen: het is een echte bram2,, een druktemaker, een windbuil; de bram2, uithangen, een weelderig of losbandig leven leiden, veel vertoning maken; een hele bram2,, een grote piet: een hele bram2, in de internationale spionagewereld; het is een jan van een bram2,, een geweldige opsnijder.