(de; g.mv.) SP 1 - het gebruik van verboden prestatiebevorderende middelen.
2 - overtreding van een of meer bepalingen uit het dopingreglement; deze bepalingen zijn: aanwezigheid van verboden stof(fen) en/of verboden methode(n), (poging tot) het gebruik van verboden stof(fen) en/of verboden methode(n), (poging tot) gebrekkige medewerking, gebrekkige informatieverstrekking, (poging tot) manipuleren, (poging tot) bezit, (poging tot) handel, (poging tot) toediening; voor minder valide sport(st)ers geldt het verbod op ‘boosting’ (WADAW).
3 - stof die het pre-tatievermogen van mens of dier tijdelijk verhoogt en waarvan het gebruik om die reden in de sport onreglementair is; volgens WADAW: stoffen en methoden die verboden zijn door het Wereld Anti-Doping Agentschap, syn. dope.
• Doping vormt het sluitstuk van een enorme inspanning om de top te bereiken. Ik spreek liever van prestatiebevorderende middelen. De term doping roept allerlei connotaties op, waardoor de discussie wordt voorgestructureerd. In de term doping zit al besloten dat het verboden is. Zo’n terminologie roept morele reflexen op, die soms een meer rationele discussie in de weg staan. (sportfilosoof Ivo van Hilvoorde)
• Ondanks speelse uitdrukkingen als ‘turn(st)ers doen het met wit poeder’ (bedoeld wordt natuurlijk magnesium) en ‘turn(st)ers doen het met een witte lijn’ wordt de gymsport niet vaak opgeschrikt door dopinggevallen. In de gymsport ontwikkel je door training aan de tumtoestellen de (spier)kracht, conditie en lenigheid om wedstrijden op (inter)nationaal niveau te kunnen turnen. Wat je niet aankunt, komt omdat je daar niet genoeg voor hebt getraind of omdat de ontwikkeling van je lijf er nog niet aan toe is. Bovendien kan doping je niet helpen aan broodnodige elementen in de gymsport als talent, uitstraling, artisticiteit, creativiteit en techniek. (THEBE)