Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

winterseizoen

betekenis & definitie

Het begrip winterseizoen heeft 5 verschillende betekenissen:

1) seizoen van de winter.
deel van het jaar waarin het winter is; seizoen van de winter.

2) winterperiode met sportactiviteit.
jaarlijks terugkerende periode met sporttrainingen en competities in de winter; winterperiode waarin trainingen en wedstrijden van een sport zijn gepland.

3) winterperiode met culturele evenementen.
jaarlijks terugkerende periode met evenementen op het vlak van cultuur en ontspanning in de winter, zoals theatervoorstellingen, filmvertoningen, optredens enz.; winterperiode waarin evenementen op het vlak van cultuur en ontspanning zijn gepland.

4) winterperiode met toeristische activiteit.
jaarlijks terugkerende periode in de winter die bestemd is voor activiteiten die verband houden met toerisme of andere vormen van vrijetijdsbesteding.

5) winterperiode als verkoopperiode.
jaarlijks terugkerende periode in de winter waarin men waren van een bepaalde soort of van een wisselend model of ontwerp te koop aanbiedt, zoals wintermode, consumentenelektronica enz..