set van voorwerpen voor aan tafel.
set van voorwerpen die nodig is om er aan tafel mee en van te kunnen eten; gezamenlijke benodigdheden voor het nuttigen van de maaltijd.
Voorbeelden:
De lunch wordt genoten met veel meer stilte dan bij ons. Het tafelgerei is eerder klein en broos maar van een smaak waarvan onze borden, glazen en lepels wat stijl kunnen leren.
Karel Jonckheere, Miniaturen, 1979