Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

boemeltrein

betekenis & definitie

trein die bij elk tussenstation stopt.

trein die bij elk tussenstation stopt; stoptrein.

Voorbeelden:
La Brigue ligt aan de spoorlijn Ventimiglia/Nice - Cuneo/Turijn. Diverse malen per dag rijden boemeltreinen over dit pittoreske traject.
http://www.topo.nl/IND/Frankrijk/INDAlpenMaritimes.htm, 2004

Kok heeft zich voorgenomen iedere maand een werkbezoek te brengen aan een der provincies. Zo deed hij in november Zeeland aan, waar hij in de boemeltrein van Vlissingen naar Bergen op Zoom steeds wisselende lokale PvdA-bestuurders belet gaf.
NRC, 1995

Voor de reiziger met de boemeltrein van Colombo naar Kandy, in het bergachtige hart van het land, ontvouwt zich een panorama van natuurlijke weelde: groene rijstvelden, omzoomd met kokospalmen en bananenbomen.
NRC, 1993

Als de huidige liberaliserings- en privatiseringstendens zich verder zet in Europa krijgen we hier dezelfde fenomenen: opnieuw veel duurdere luchtvaart (concentratie), charters maar enkel op de voornaamste vakantiebestemmingen, TGV en Eurostar tussen de grootsteden en twee of drie boemeltreinen op lokaal en regionaal vlak.
http://vl.attac.be/article254.html

Voor- en achterbanden klepperen kort na elkaar over die regelmatige oneffenheid; het ritmische geluid doet denken aan een boemeltrein die over het spoor raast.
Peter Terrin, Kras, 2001

Het gesis en geratel van de boemeltrein en een monotoon gedempt gedonder, hetzelfde dat hem verdoofd had, maakten Louis wakker, samen met een wee gevoel in zijn maag.
Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983

< >