oppervlaktebewerking van metalen voorwerpen met hamer en pons, waardoor een bepaalde structurering wordt verkregen. Het procédé dateert uit de 16de eeuw en is in de 17de en 18de eeuw veel gebruikt als voornaamste achtergrond voor de versiering van vaatwerk.
Vooral de Friese zilversmeden maakten veelvuldig gebruik van deze techniek, die in het begin van de 19de eeuw algemeen als achtergrond voor gegoten of geciseleerde ornamenten werd toegepast.