1. Brede, platte korf met aan 3 zijden een opstaande rand, meestal vervaardigd van gevlochten stro, dienende voor het verwijderen van kaf en andere lichte delen uit met de dorsvlegel gedorst graan of uit andere zaden.
Ter weerszijden van de w. zit een handvat. Het mengsel van zaden - kaf— kort stro en andere delen wordt in de w. geschept. Deze wordt daarna in de buitenlucht met kracht omhooggeworpen. De wind blaast dan de lichtste bestanddelen uit het mengsel. De geschoonde korrels worden weer in de wan opgevangen. De w. is bijna niet meer in gebruik en vervangen door een wanmolen (z. ook Sorteerinrichting).2. (bosb.) Naam voor de oorspronkelijke ronding van het hout aan de buitenkant van de boom (z. Kanthout en Waankant).
