Werkwoorden vervoegen
designen
Tegenwoordige tijd designen
Ik design
Jij designt
design jij?
U designt
Hij/Zij/Het designt
Wij designen
Jullie designen
Zij designen
Verleden tijd van designen
Ik designde
Jij/U designde
Hij/Zij/Het designde
Wij designden
Jullie designden
Zij designden
Voltooid deelwoord van designen
gedesignd
Tegenwoordig deelwoord van designen
designend