Een eiland is een door water omgeven stuk land. Men onderscheidt vaak continentale eilanden en oorspronkelijke eilanden.
Een eiland is kleiner dan een continent. Continentale eilanden zijn vroeger aan het vasteland verbonden geweest, een voorbeeld hiervan is Groot-Brittannië. Wanneer Australië als eiland zou worden gezien, kan zij worden beschouwd als het grootste eiland ter wereld. Die titel is echter weggelegd voor Groenland, omdat Australië wordt gezien als continent. Groenland wordt gevolgd door Nieuw-Guinea, Kalimantan (Borneo), Madagascar, Baffinland, Sumatra, Hondo, Groot-Brittannië, Victoria-eilanden, Ellesmere-eilanden, Sulawesi (Celebes), Nieuw-Zeeland, New Foundland, Luzon, IJsland, Mindanao, Ierland, Hokkaido, Haïti, Sachalin, Banksland, Ceylon, Tasmanië, Devon (Canada), Novaja Semlja, Vuurland, Southampton-eilanden, Alexander-eilanden en de Melville-eilanden. Oorspronkelijke eilanden kan men verdelen in aanslibbings-, oceaan-, kanaal-, vulkaan- en tektonische eilanden.
