Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

kloon (kloenk)

betekenis & definitie

Klomp (als schoeisel).

Daar scheen ’m zo fel van te verschieten dat zijn pijpke uit zijn mond viel en over het bed op de grond rolde en tegen Melle Spanooge heur kloenk kapot toekte, CLAES 1960, 36.

Ze droeg ... sokken en zware klonen aan de voeten, een rode wollen sjaal met groene ruiten rond het lijf, enz., TIMMERMANS 1966, 193.

Sam.: huiskloon (De mannen werpen in ’t achterhuis de vuile klompen uit, vinden hun huisklonen gereed naast het fornuis, BLOMMAERT 1945, 51).