Kermiswagen, woonwagen.
Het was iets als een foorwagen die daar in de buurt op een te koop liggend stuk grond kwam te staan, tussen een nieuwe schutting en een eeuwenoude haag in, BOON z.j., 87.
’t Werd, na gewikt en gewogen te hebben, vastgesteld dat zij met den uitkoom, als ’t groen terugkomt, samen met een foorwagen de wereld zouden intrekken, TIMMERMANS 1966, 175.
Sam.: foorwagenvolk, kermisvolk, ook in toep. op zigeuners (Foorwagenvolk is slecht volk, TIMMERMANS z.j.a, 16.).