Definities van Zuidnederlands Woordenboek in de Ensie U
- uil
- uit
- uitbaatster
- uitbaten
- uitbater
- uitbating
- uitbellen
- uitbloemen
- uitbollen
- uitborstelen
- uitbreiding
- uitbrengen
- uitbrieven
- uitdoen
- uitdoven
- uitdraaien
- uitdragen
- uitdrager
- uiteen
- uitgaan
- uitgang
- uitgave
- uitgeklopt
- uitgenodigde
- uitgenomen
- uitgeput
- uitgeschuind
- uitgeven
- uitgifte
- uithalen
- uithangen
- uitjassen
- uitkalven
- uitkant
- uitkappen
- uitklappen
- uitklaren
- uitknipsel
- uitkoken
- uitkom (uitkoom)
- uitkuisen
- uitleg
- uitleggen
- uitlengen
- uitloop
- uitmaken
- uitmergelen
- uitpakken
- uitplakken
- uitputting
- uitrij
- uitscheiding
- uitschieten
- uitschijnen
- uitschijten
- uitschuinen
- uitslag
- uitslapen
- uitsluitelijk
- uitspelen
- uitstaans
- uitstalraam
- uitstap
- uitsteken
- uitterhand
- uitterogen
- uittocht
- uittreden
- uitvaartliturgie
- uitvagen
- uitval
- uitvallen
- uitvliegen
- uitvluchtsel
- uitweg
- uitwerken
- uitwerksel
- uitwijkeling
- uitwijken
- uitwijking
- uitwisselen
- uitzetten
- uitzicht
- uitzien
- uitzonderlijk
- uitzweten
- ultiem
- universitair
- uur
- uurregeling
- uurrooster
- uurtabel
- uurwerk