naam van een moeilijke en strakke dichtvorm van meestal veertien versregels. Het sonnet (van sonare = klinken afgeleid en daarom ook wel klinkdicht of klinkert geheten) bestaat uit een „octaaf”, gevormd door twee strofen van vier versregels (kwartetten), en uit een „sextet”, gevormd door twee strofen van drie versregels (terzinen) of door drie strofen van twee versregels (disticha).
Tussen het octaaf en het sextet ligt meestal de val of de keer van het sonnet, d.w.z. de omkeer van een min of meer objectieve beschrijving naar de subjectieve toepassing. Het sonnet, dat omstreeks 1200 in Italië is ontstaan, werd in de loop van de tijd ook in vele andere landen veelvuldig gebezigd.