de meest gebruikte elektrische lichtbron. In een peervormige, bijna luchtledige of tegenwoordig meestal met argon of stikstof gevulde glaskolf wordt door de elektrische stroom een dunne metaaldraad (meestal van wolfram) tot gloeien gebracht.
De lichtstraling is groter naarmate de gloeitemperatuur hoger is. De gloeilamp werd in 1854 door de Amerikaanse instrumentmaker Goebel uitgevonden. In 1879 verbeterde Edison de gloeidraad, waardoor de elektrische lamp een praktische en algemene toepassing kon krijgen.