boogvormig gemetselde overwelving van een ruimte, b.v. keldergewelf. Reeds in de Oudheid voorzagen de Romeinen hun badhuizen en paleizen met tongewelven.
Het tongewelf werd in de romaanse kerkbouw opnieuw gebruikt. Het hoogtepunt bereikte de gewelfbouwtechniek in de gotische bouwstijl: kruisribgewelf, stergewelf en netgewelf zijn kenmerkend voor de gotische stijl.