Lexicon van de Yoga

Helen Knopper (1976)

Gepubliceerd op 17-08-2020

RAMDAS, PAPA

betekenis & definitie

[1887-1963]. Opmerkelijk is, hoeveel grote heiligen er waren rond de eeuwwisseling en Papa R. kan één van de grootste indiase Bhaktas genoemd worden.

Van zijn vader ontving Swami R. de Ram-Mantra en in 1922 keerde hij zich af van al het wereldlijke en zwierf als bedelmonnik door India en de Himalayas. Het OM-Sri-Ram-Jai-Ram-Jai-Jai-Ram zong hij aan één stuk door, dag in dag uit, tot hij een visioen van God kreeg en zich bevrijd wist. Daarop stichtte hij een Ashram, de Anandashram in Noord-Kerala, die nu door Moeder Krishnabai, zijn eerste discipel, wordt geleid. Met Moeder Krishnabai maakte F.R. talloze reizen, ook door Europa en in september 1954 was hij in Nederland. Hij had vele gesprekken met christelijke geestelijken, kloosterhoofden en hooggeplaatste kerkleiders, maar altijd was het R. die het drooggelopen intellectualisme aan de kaak stelde en pleitte voor een meer natuurlijke en absolute overgave aan God. R. was vóór het constante zingen van de Mantra, om zodoende eenwording te bereiken met de godheid. Hij legde ook sterk de nadruk op mediteren én werken, omdat 'liefde automatisch uitloopt in belangeloos handelen.' Zie: Bhakti; Mantra-Yoga.