Raepenhofje - Het Raepenhofje, Palmgracht 28-38, gesticht in 1648 door Pieter Adriaensz. Raep. Boven de ingang is een sluitsteen aangebracht met een raap, waarboven zijn voorletters P.A.; hoger in de gevel zit een steen met zijn familiewapen. Het Raepenhofje dat de binnenplaats deelt met het Bosschehofje*, werd bestemd voor een aantal protestantse bejaarde vrouwen. In 1905 werd van een van de woningen een regentenkamer gemaakt, waarin een 17de- eeuws eikenhouten binnenhuispoortje en een 19de-eeuwse kopie van het portret van de stichter te zien zijn.
Omstreeks 1750 werd er dikwijls aan huis gecollecteerd voor de diaconie van de Gereformeerde Kerk. De diaconieweesjongens die collecteerden, konden aan de letter L onder de huisnummers zien dat de bewoonsters lidmaat waren van de Gereformeerde Kerk. Op de deurkozijnen onder de huisnummers is de letter L ook nu nog te zien. Het kleine hofje wordt nog steeds bewoond door (overwegend jonge) vrouwen.
LIT. Tom Weerheijm, Robert Lopes Cardozo en Pieter van der Zwan, Hofjes in Amsterdam, 1979, 56.
