XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Magere Brug

betekenis & definitie

Magere Brug - De huidige generatie heeft de Magere Brug slechts in haar niet "magere" jaren gekend; zij is vroeger namelijk nog smaller geweest. Omstreeks 1670 werd zij over de Amstel gelegd en was zo smal dat ze alleen voor voetgangers diende. Het was een soort "kippetjesbrug", die officieel Kerkstraatbrug heette naar de Kerkstraat, waarvan zij de beide delen verbond. De spraakmakende gemeente, het volk, gaf er spoedig de naam Magere Brug aan en deze werd toen de officiële. Het verhaal over de dames Mager, die daar in de buurt woonden, behoort tot het rijk der fabelen.

Uit oude afbeeldingen blijkt dat de oude brug van een eenvoudige houtconstructie was, het dek van het vaste gedeelte was gelegd op eenvoudige houten jukken, terwijl het beweegbare middengedeelte gevormd werd door een ophaalbrug met één klap. De brug had dertien doorvaarten, waarvan de uitersten in gebruik waren als bergplaatsen. In 1772 kreeg ze een dubbele valbrug en in 1871 werd de brug geheel gesloopt en vervangen door een brug met negen doorvaarten. Helaas knaagde de tand des tijds door en in 1925 deden geruchten de ronde dat men het van overheidswege niet bij herstellen wilde laten, maar de Magere Brug door een nieuwe wilde vervangen. Tot 1934 bleef deze kwestie de gemoederen bezighouden. Het "gevecht om de Magere Brug" ging hoofdzakelijk tussen de Dienst Publieke Werken, die aanvankelijk een moderne, aan de eisen van het verkeer aangepaste brug wenste en de Schoonheidscommissie die de oude vorm wilde handhaven. De laatste won het pleit. In 1934 werd de brug in de oude trant vernieuwd naar ontwerp van Piet Kramer*, met een verbreding van het wegdek aan beide zijden. Maar vijfendertig jaar later, in 1969, bleek na een uitvoerig onderzoek dat de brug in slechte conditie verkeerde. De beweegbare delen waren niet meer bedrijfszeker en omdat reparatie niet meer mogelijk was, viel de beslissing tot vernieuwing.

Toen de brug voor het verkeer was afgesloten, werden de te vervangen beweegbare delen, de zogenaamde vallen (de twee brugklappen), de hameipoorten en de balansen afgenomen. Deze onderdelen werden in de werkplaats op het industriegebied-Amstel door timmerlieden, die het oude handwerk nog in de vingers hadden, gezaagd en geschaafd. Een van de hardste Afrikaanse houtsoorten, azobé, werd daarvoor gebruikt. De Magere Brug zou daarna weer zeker een halve eeuw zonder veranderingen meegekund hebben, maar begin 1994 kreeg de gemeente een ministeriële aanschrijving op grond van de Arbo-wet (Wet arbeidsomstandigheden): het bedienen van de brug zou te veel eisen van de brugwachters. In het kader van bovengenoemde wet werd voorgesteld, de brug van een abri (een schuilplaats tegen weer en wind) te voorzien. De bedoeling was een wachthuisje van glas, metaal en kunststof.

Dat ging Bureau Monumentenzorg te ver en het kreeg voor elkaar dat er een wachthuisje kwam zoals dat bij de Walter Suskindbrug over de nieuwe Herengracht. Er kwamen op de Magere Brug ook moderne lantaarns, terwijl het brugdek werd geasfalteerd. Maar de belangrijkste verandering die deze brug onderging, is de mechanisering van de vallen (brugklappen). De operatie Magere Brug was tevens aanleiding voor Bureau Monumentenzorg om 72 monumentale A'damse bruggen op de Gemeentelijke Monumentenlijst geplaatst te krijgen. Er stonden er slechts twee op: de Hortusbruggen.