XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Arbeidsbureau

betekenis & definitie

Arbeidsbureau - Het Arbeidsbureau, voortgekomen uit de Maatschappij van den Werkenden Stand* (later gemeentelijke instelling), werd opgericht kort nadat de wereldtentoonstelling* van 1883 drommen werkkrachten van elders had aangetrokken, die na de tentoonstelling veelal werkloos werden. Een artikel in het Algemeen Handelsblad beval in 1884 de stichting aan van een arbeidsbeurs naar Berlijns voorbeeld. Het idee vond ingang; een commissie uit de Maatschappij van den Werkenden Stand verrichtte onderzoek en op 1 sept. 1886 werd onder bestuur van de Maatschappij de eerste Nederlandse arbeidsbeurs geopend, in de Beurs kwam een kantoortje. Na een reorganisatie in 1898 werd de naam Centrale Arbeidsbeurs. In die jaren waren er vaak moeilijkheden, enerzijds door gebrek aan medewerking van de werkgevers, anderzijds door gebrek aan vertrouwen bij de werknemers.

De laatsten zonden middels hun vakverenigingen in 1891, 1894 en 1896 adressen aan de gemeenteraad voor een gemeentelijke arbeidsbeurs. De bestaande was hen te autoritair en stond bovendien financieel zwak. Ten slotte nam de gemeente in 1908 deze instelling over. Het duurde echter tot 1917 eer de bezwaren van de vakverenigingen bij een reorganisatie verdwenen. Sindsdien is de taak van het bureau (met o.a. een afzonderlijke afdeling voor jeugdige werkzoekenden) steeds groter geworden en groeide zowel van werkgevers- als werknemerszijde de belangstelling. In 1918 is het gebouw aan de Passeerdersgracht 30-32 in gebruik genomen. Een afdeling werd gevestigd in de Nieuwe Doelenstraat. Op 25 juli 1960 werd de nieuwe behuizing van het Arbeidsbureau (inmiddels opgenomen in de (Rijks)regeling Regionale bureaus voor de arbeidsvoorziening) in het geheel nieuw opgebouwde pand "Drie Koningenhuis", Singel 202-208, geopend. Sinds 1995 luidt het adres Orlyplein 141.

LIT. W.F. Detiger, De Amsterdamsche Arbeidsbeurs, 1918; Gedenkboek "Sleutels en Schakels", 1958; A.M.J. Rövekamp, Amsterdam in bewogen jaren. Herinneringen van een werkbemiddelaar 1925-1956, 1978.