Gepubliceerd op 18-08-2020

Vrijwaren (rechten)

betekenis & definitie

Instaan voor, waarborgen. Artikel 1540 van het B.W. zegt: de verkooper is gehouden tot vrijwaring, wegens verborgen gebreken van het gekochte goed, tenzij hij bij den verkoop heeft bedongen, dat hij niet tot vrijwaring zal gehouden zijn.

Artikel 1527 B.W. zegt: De vrijwaring, waartoe de verkooper jegens den kooper gehouden is, heeft twee betrekkingen: het rustig en vreedzaam bezit van de gekochte zaak en de verborgen gebreken der zaak. Als dus bij den verkoop geen beding van vrijwaring is gemaakt, dan is de verkooper van rechtswege verplicht, den kooper te waarborgen voor uitwinning, welke de kooper komt te lijden of wegens de lasten, welke bij het aangaan van den koop niet zijn opgegeven. Partijen kunnen echter overéénkomen, dat de verkooper niet tot vrijwaring zal gehouden zijn. Indien vrijwaring is beloofd of indien daaromtrent niets is bepaald, heeft de kooper in geval van uitwinning het recht, van den verkooper, de koopsom en de kosten terug te vorderen.

In den goederenhandel roept detusschenhandelaar den verkooper in vrijwaring, wanneer hij in rechten wordt aangesproken inzake minderwaardigheid van het gekochte goed.

Bij den veehandel komt vrijwaring dikwijls voor, daar de verkooper moet instaan voor verborgen gebreken van het verkochte vee.