Gepubliceerd op 18-08-2020

Vallende ziekte

betekenis & definitie

Een van de oudste tijden af bekende ziekte, vermoedelijk zetelend in de hersenen. De Grieken en Romeinen beschouwden de lijders als de bemiddelaars tusschen God en de menschen en spraken daarom van de heilige ziekte: de lijders stonden bij hen in hoog aanzien.

Het schijnt, dat de Grieken reeds hebben begrepen, dat er verband bestond tusschen alkoholmisbruik en ziekte, want Lycurgus verbood het gebruik van wijn op den dag van het huwelijk. Later kwam er een tijd, dat men meende, dat de lijders door den duivel bezeten waren. Men noemde de ziekte toen maanziekte, omdat de tijd, waarop de toevallen kwamen, verband zou houden met de tijdperken van de maan. In Mattheus 17 wordt een maanzieke jongeling beschreven, die bij zijn toevallen in het vuur en in het water was gevallen. Jezus bande den duivel uit zijn lichaam en de jongeling genas.De feitelijke grondslag van de ziekte is onzeker: in het zenuwstelsel vindt men geen afwijkingen, welke haar verklaren. Zij is gekenmerkt door aanvallen van krampen, gepaard met stoornis in het bewustzijn. De aanval begint met voorboden: gevoel van prikkeling in de armen en in de beenen, misselijkheid, reukwaarnemingen, ongewone smaak in den mond, suizingen in de ooren, trekkingen in het gelaat, gevoel van warmte of van koude. De duur van het eerste tijdperk is verschillend: soms eenige seconden, soms eenige uren; ook gaat soms slaapwandelen vooraf. Daarop volgt een krampaanval, waarbij de lijder neervalt, bewusteloos wordt en een blauwe gelaatskleur krijgt. Na een half uur volgen trekkingen in armen en beenen, rollen met de oogen, bijten in de tong.

Dit tijdperk duurt eenige minuten. Dan wordt de ademhaling regelmatig en de patiënt valt in slaap. Meestal begint de ziekte vóór het dertigste jaar. Ongeveer een derde der lijders vertoont na het twintigste jaar de ziekte voor het eerst. Enkelen hebben alleen ’s nachts verschijnselen ervan, die zij zich niet herinneren. Soms blijft het bij enkele kortdurende aanvallen, soms duren deze langer en komen om de twee weken terug.

De ziekte is ernstig, indien eiken dag een aanval komt. De aanvallen kunnen lang uitblijven, maar de ziekte zelf geneest niet. Op den duur lijdt het verstand eronder. De gevallen, welke zich het eerst na de manbaarheid openbaren, hebben gewoonlijk een goedaardig karakter. Erfelijkheid schijnt bij de ziekte van ondergeschikt belang te zijn. Wel is gebleken, dat bepaalde karaktereigenschappen bij de ouders van de lijders voorkomen.

Soms zijn deze ouders bijzonder begaafd, hetgeen bij de lijders zelf ook het geval kan zijn. Napoleon, Rousseau, Karei V, Mohamed, Caesar waren lijders aan vallende ziekte. Volgens de nieuwste inzichten zouden de aanvallen ontstaan onder den invloed van kramp van de bloedvaten in de hersenen. Sedert 30 jaar bestaat ,,De Nederlandsche Vereeniging tegen Vallende Ziekte”, welke te Amsterdam aan den Overtoom een ziekenhuis heeft. Voorts is sedert meer dan 50 jaar werkzaam ,,De Christelijke Vereeniging voor Verpleging van Lijders aan Vallende Ziekte”. Deze vereeniging heeft twee inrichtingen nl. „Meer en Bosch” te Heemstede en „Bethesda en Sarepta” te Haarlem, samen met 400 patiënten.