Gepubliceerd op 18-08-2020

Pol

betekenis & definitie

In het algemeen is een pol een hoogte, een heuveltop; vandaar, dat vele hoeven en buitenplaatsen „De Pol” heeten, wanneer zij op een hoogte gebouwd zijn.

Bij het planten van boomen wordt er voor gezorgd, dat de plant niet dieper komt te staan dan oorspronkelijk. Om echter de plant vaster te zetten, hoogt men tijdelijk den grond rondom den stam op en die ophooging heet pol.

Algemeen Nederlandsch is pol in de beteekenis van samengegroeide bundel planten, of die bundel met wortels en kluit. Rogge pol, graspol, een pol dotterbloemen, violen.

Geilpollen zijn plekken in bouw of weiland, waar de grond door mest vruchtbaarder is dan elders en de planten zich onderscheiden door sterken wasdom.