We zijn momenteel getuige van een ware uittocht van Kamerleden. Dat is een woord dat vaak wordt geassocieerd met de Bijbel.
Lang was de afspraak: in de zomer gebeurt er niets in politiek Den Haag. De Kamer is met reces, iedereen kan de hort op – een beetje bijkomen van al het harde werk. Bij uitzondering moesten Kamerleden eerder terugkomen om een brandje te blussen, maar het echte vuurwerk werd pas weer aangestoken in september.
Nee, dan nu. Bijna wekelijks maakt een toonaangevende politicus (m/v) bekend het bijltje erbij neer te gooien. Als ik het goed heb, staat de teller momenteel op zeventien. Er is dus sprake van een ware uittocht. Dat zie je terug in de nieuwskoppen van de afgelopen weken. Een kleine greep. ‘De uittocht van Kamerleden toont de noodzaak tot verandering’ (BNNVARA); ‘Nieuwe uittocht van ervaren parlementariërs verzwakt de positie van de Tweede Kamer' (FD); ‘Uittocht in de Tweede Kamer: ruiken onze stadhuis-politici hun kans op een plek in “het andere” Den Haag’ (Algemeen Dagblad).
Exodus
Uittocht is een woord dat je niet zo vaak hoort en leest. Dat komt waarschijnlijk omdat het door velen wordt geassocieerd met de Bijbel. Zeg ‘uittocht’ en je hoort er meteen achteraan: uit Egypte. Die associatie toont hoe sterk Bijbelse verhalen voortleven in onze cultuur, want die uittocht zou omstreeks 1450 voor Christus hebben plaatsgehad. Na een verblijf van vierhonderd jaar had het volk van Israël genoeg van de onderdrukking in Egypte. Zij werden daar als slaven gehouden.
Het is een ijzersterk verhaal, dat uitgebreid wordt beschreven in het Bijbelboek Exodus. Mozes, de tien plagen, het vertrek uit Egypte, veertig jaar zwerven door de woestijn, God die met manna en kwartels strooit als het voedsel opraakt – iedereen zal het kennen. Is er ook iets van waar? Sommigen zullen dit irrelevant vinden, maar in 2006 gaf de wetenschapsjournalist Marcel Hulspas uitgebreid antwoord op deze vraag in een artikel in de Volkskrant.
Terecht stelt Hulspas: een gebeurtenis van deze omvang – twee miljoen tot slaafgemaakten die het op een lopen zetten – moet ook sporen hebben nagelaten in Egyptische bronnen. Dat is niet het geval. ‘Niets’, stelt hij, ‘geen enkele vondst en geen enkele tekst, vermeldt ook maar iets dat lijkt op de plagen beschreven in Exodus, en geen enkele inscriptie suggereert ook maar enige betrokkenheid bij een conflict vergelijkbaar met de uittocht. [...] Sterker, we mogen ervan uit gaan dat er nooit een uittocht, zoals beschreven in Exodus, is geweest.’
Feiten en fabels
Hulspas is een gerenommeerde wetenschapsjournalist. Zonder enig twijfel heeft hij een en ander goed uitgezocht. Het is altijd een beetje jammer als een goed verhaal kapot wordt gecheckt, maar nog fijner om feiten en fabels van elkaar te kunnen scheiden. En het is dus een fabel, die Bijbelse uittocht – een fabel met een doel. ‘De auteurs van de Bijbel’, concludeert Hulspas, ‘wilden Israël een grootse geschiedenis geven, passend bij Gods uitverkoren volk. Het verhaal van de uittocht uit Egypte is in deze geschiedenis het hoogtepunt. Wie dat verhaal louter als historisch relaas leest, heeft de Bijbel niet begrepen.’
Niet geschikt voor tot slaafgemaakten
Een andere kant van dit verhaal mag niet onvermeld blijven. Aan het begin van de negentiende eeuw waren slavenhouders bang dat tot slaafgemaakten dit Bijbelverhaal zouden gebruiken als inspiratiebron om zelf in opstand te komen. Zendelingen van de Britse ‘Society for the Conversion of Negro Slaves’ kwamen met een oplossing. In 1807 gaven zij een Bijbel uit getiteld Select Parts of the Holy Bible for the use of Negro Slaves, in the British West-India Islands. Deze Bijbel werd gebruikt om tot slaafgemaakten op de Britse Caribische eilanden te bekeren.
U raadt al welke selectie er werd toegepast. De verhalen over de onderdrukking en de bevrijding van het volk Israël uit de slavernij in Egypte ontbreken volledig. Sterker: alle passages waarin je bezwaren tegen het slavernijsysteem kon lezen, zijn geschrapt.
Door deze selectie bleef slechts een tiende van het Oude Testament en de helft van het Nieuwe Testament over. Een uittocht van teksten dus, uit een boek dat doorgaans als heilig wordt beschouwd. Maar economische belangen wogen in dit geval zwaarder dan Gods woord.