WoordHoek

Ewoud Sanders (2024)

Gepubliceerd op 25-09-2024

Hardwerkende Nederlander

betekenis & definitie

Vorige week was de week van de hardwerkende Nederlander. Dat wil zeggen: tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen, het debat over de hoofdpunten van de Miljoenennota, werd de hardwerkende Nederlander tot vervelens toe opgevoerd – vooral door de VVD en de PVV.

Op verschillende plaatsen leidde dit al tot spot. Zo gaf De Speld een overzicht van diverse hardwerkende Nederlanders onder de kop ‘Alle 9 types hardwerkende Nederlanders op een rij’, te beginnen met ‘De hardwerkende Nederlander die effectief maar drie uur per dag werkt’. Op sociale media zag ik de hardwerkende Medelander voorbijkomen. Elders de hardwerkende aandeelhouder.

De gewone man
Sinds wanneer kennen wij de hardwerkende Nederlander? Zonder twijfel wordt er in dit land al eeuwen hard gewerkt, door mannen en door vrouwen, maar de woordcombinatie hardwerkende Nederlander maakte pas opgang in de jaren zestig van de vorige eeuw. Zo observeerde het dagblad De Tijd in 1963: ‘Voetbal loopt toch wel als een rode draad door het ontspanningspatroon van de gewone, hardwerkende Nederlander.’

Gewoon en hardwerkend – die combinatie lijkt me geen toeval, want voorafgaand aan de hardwerkende Nederlander richtten politici zich graag op de gewone man. Althans: vanaf het moment dat de gewone man zijn stem mocht uitbrengen, namelijk vanaf 1917. Vóór 1917 was het kiesrecht in Nederland beperkt tot mannen die een bepaald bedrag aan belasting betaalden, zeg maar: de rijke mannen. Nederlandse vrouwen kregen pas twee jaar later actief stemrecht, maar bij mijn weten hebben politici zich nooit op de gewone vrouw gericht.

Een compilatie
Ik vermoed dat de gewone man op een gegeven moment is verdrongen door de hardwerkende Nederlander omdat de gewone man per definitie de vrouw uitsluit en als politicus wil je de stem van de vrouw niet mislopen.

Momenteel heeft vooral VVD-leider Dilan Yeşilgöz de mond vol van de hardwerkende Nederlander. Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen gebruikte zij deze typering zo’n twintig keer. Een compilatie is te zien in een filmpje op X. Je hoort er Yeşilgöz dingen zeggen als: ‘De overheid, die van iedere honderd euro die een hardwerkende Nederlander verdient, een groot stuk afpakt. Ja, daar doen we belangrijke dingen mee […] maar het was allemaal het geld van die hardwerkende Nederlander.’

Op een gegeven moment werd het zelfs lachwekkend. Toen Joost Eerdmans van JA21 hierover begon – hij schatte het aantal herhalingen op vijftig – antwoordde Yeşilgöz: ‘Wilt u het nóg een paar keer horen?’

Cliché
Dat de PVV het graag over de hardwerkende Nederlander heeft, begrijp ik. Dat is een populistische partij. Ik vermoed dat de VVD dit cliché nu zo gretig rondstrooit uit concurrentieoverwegingen – om te voorkomen dat er straks nog meer mensen overlopen naar de PVV. Tegelijkertijd vind ik het getuigen van ongelooflijke kortzichtigheid. Een politieke partij die zichzelf serieus neemt, zou zich moeten richten op de Nederlandse bevolking als geheel. Ja, daar zitten hardwerkende Nederlanders tussen, maar bijvoorbeeld ook mensen die tegen hun zin arbeidsongeschikt zijn geraakt, scholieren, studenten, sporters, gepensioneerden – wat al niet. Die sluit je allemaal buiten door je uit populisme te blijven bedienen van een cliché dat sowieso ernstige sporen van slijtage vertoont.

< >