(1998) (weerk.) korte maar hevige opstoot van winterweer (met vorst of sneeuw), vaak in een periode dat iedereen hoopt dat de winter voorbij is. Zinspeling op speldenprik. De term werd bedacht door de Vlaamse weerkundige Frank Deboosere (1958). Hij was werkzaam bij de VRT sinds 1987 en moest verplicht op pensioen in 2023. In 1997 werd hij bekroond met de Wablieft-prijs voor klare taal. Naast ‘winterprik’ introduceerde hij ook de term ‘ochtendgrijs’ en de catchphrase ‘morgen ben ik er weer met meer weer.’ Zie ook nog: lenterig*.
• Maar betekenen de sneeuw- en vrieskou die worden aangekondigd nu ook dat de winter ongenadig zal toeslaan? De twijfels bij de weergoden van beide zenders zijn al iets minder unaniem. "Het valt niet met zekerheid te stellen," zeggen Sabine Hagedoren (VRT-weerdienst) en Luc Bouvin (VTM-weerdienst). De winterprik van maandag zal zeker tot donderdag of vrijdag duren. (De Morgen, 17/01/1998)
• De depressie trekt verder richting Rusland en zorgt voor een koudere en wisselvallige noordwestelijke stroming over ons land. De kans op een winterprik wordt dan ook vrij groot in het weekend. (De Standaard, 04/02/1999)
• Zaterdag komt er een einde aan de winterprik. Het wordt gevoelig zachter met maxima tussen 3 en 9 graden. (Het Nieuwsblad, 27/01/2000)
• Omdat het koppel nu al negen maanden zonder verwarming of warm water zit, is de eerste winterprik wel heel hard aangekomen. (Het Laatste Nieuws, 14/12/2002)
• Het sneeuwtapijt van pakweg 30 centimeter in de regio rond New York, zal de vraag naar huisbrandolie hoger sturen. In onze contreien was een forse winterprik voorspeld voor maandag, maar die bleef uit. (De Tijd, 25/01/2005)
• Gevreesd wordt dat de Texaanse winterprik zich op termijn tot ver buiten de staat zal doen voelen. (De Standaard, 18/02/2021)
• Het Verenigd Koninkrijk werd vanmorgen wakker onder een sneeuwtapijt na een weekend vriestemperaturen. De stevige winterprik veroorzaakte een moeizame ochtendspits. (De Standaard, 12/12/2022)
• Volgens collega-weerman David Dehenauw, weerman bij VTM en hoofd van de dienst Weersvoorspellingen bij het KMI, merk je in de communicatie van Deboosere ‘aan alles’ dat hij ooit nog leerkracht is geweest. ‘Frank kan zeer goed vertellen en het brede publiek meenemen. Het was ook Frank die het begrip “ochtendgrijs” heeft geïntroduceerd. Dat woord heeft hij bedacht om de vertaalslag van de vaktermen uit de meteorologie te maken naar een woord waar iedereen zich meteen iets bij kan voorstellen.’ Naast ‘ochtendgrijs’ is nog een ander woord dat Deboosere invoerde tot in de Van Dale geraakt: de ‘winterprik’, voor een korte periode met plots winterweer. (De Standaard, 20/03/2023)