(1984) afscheidsgroet. Vgl. in de pruimentijd*.
• Knolletoid, znw. de. Tijd voor het rooien der knollen, eind mei of begin juni. Zegsw. tot in de knolletoid, gezegd wanneer men iemand weer eens heeft gesproken en afscheid neemt. (Jan Pannekeet: Westfries woordenboek. 1984)