(1999) (euf.) souteneur; man die leeft van de inkomsten van een prostituée. Hij heeft sekswerksters* in dienst. Nog zo'n voorbeeld waarmee men aan upgrading van een beroep wil doen.
• De pooiers doen noodgedwongen aan upgrading en worden op hun wenken bediend; overal heten ze tegenwoordig 'seksexploitanten'. Op de radio hoorde ik een raampooier zelfs bezwaar maken tegen de term 'hoerenlopers'. Te cru. Moet nu worden: mannen die prostituées bezoeken. Bezoeken? (Opzij, februari 1999)
• Ook seksexploitanten weren illegale vrouwen, om de kans op een officiële vergunning niet te vergooien. (HP/ De Tijd, 26/11/1999)
• In de berichtgeving over dit besluit concentreerden alle media zich op de bestuurstechnische kant: hoe zou de gemeente reageren als er nu toch eens een seksexploitant in een boerderij wou beginnen? (NRC Handelsblad, 15/06/2002)
• De seksexploitante met wie ik onlangs heb zitten harrewarren tijdens een radio-uitzending, Elene Vis, zei bijvoorbeeld: ''De mensen denken altijd dat prostitutie alleen maar over seks gaat, maar dat is vaak niet eens het belangrijkste'' (het Parool, 23/01/2004)