(eind 19e eeuw) (Vlaanderen, inf.) iemand benadelen.
• O ja, mijnheer wil natuurlijk niet hebben, dat wij onder zijne duiven schieten. (De Tijdspiegel. Jaargang 50. 1893)
• Spr. Onder iemands duiven schieten, hem onderkruipen of benadeelen. R. (Ook in Brab. en VI., z. Sch.) (Jozef Cornelissen & Jan Baptist Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch dialect. 1899)
• Best, dan zal ik maar Kobus zeggen (zij ziet den stijfselpot). Hé, wat heb je daar? Ga je Arie onder zijn duiven schieten, die de publicaties aan het raadhuis aanplakt? (Lodewijk Mulder: Dramatische werken. Deel 2. Een lief vers. Op glad ijs. 1907)
• Onder iemands duiven schieten. In eigenlijken zin wil deze uitdr. zeggen: schieten onder de duiven van een ander, wat in vroegeren tijd uitdrukkelijk verboden was. Koning Filips verbood bij plakkaat van 13 April 1559 ‘dat iemand eenige Zwanen of Duiven, met bussen of met bogen zou schieten.... op verbeurte de eerste reize van vijf en twintig gulden, te appliceeren ten behoeve van den Grave, of ten behoeve van de Pachters der Zwanerij, of van de Vasallen Zwanerij hebbende en gebruikende, en Eigenaars of bezitters der Duifhuizen of Duivenwachters twee derdenparten, enz.2) De Staten-Generaal vaardigden 11 Januari 1642 eveneens een verbod uit op het schieten van duiven. Oorspronkelijk zal de uitdr. dus willen zeggen schieten onder de duiven, die behooren in het duifhuis of duivenkot van iemand, die dit in eigendom of in leen bezat.3) Op deze duiven te schieten was verboden; toch zal menigeen dit stilletjes hebben gedaan, te eerder, omdat duiven gemakkelijk onder schot te krijgen zijn. Vandaar iemand benadeelen, op geheime wijze onderkruipen, oneerlijk concurreeren, hem zijne klanten afhalen. De uitdr. is ook in geheel Zuid-Nederland bekend; zie Schuermans, 110 b; 587 b; Joos, 110; Rutten, 58; Antw. Idiot. 383 en De Bo, 908: ‘bezig zijn met ze (duiven) te stelen, met er een deel van weg te rooven. Fig. iemand onderkruipen, hem van eene winst of voordeel berooven om er zelve 't genot van te hebben, op eene onrechtveerdige of ten minste trouwlooze manier concurrentie aandoen’; 't Daghet XII, 142; vgl. Waasch Idiot. 345: in iemands klaver zitten, hem zijnen handel benadeelen, hem onderkruipen; syn. van in iemand's rapen zitten; 't Daghet XII, 160: zich in zijn koolen laten weiden (vgl. hd. jem. in seinen Hafer gehen). In Friesland: onder immens douwen sjitte naast in immens druven of druvebeam sitte (W. Dijkstra, 395 a1) (F.A. Stoett: Nederlandsche speekwoorden en gezegden. 1923-1925)
• Onder iemands duiven schieten, hem dwarsboomen; zijn mededinger zijn. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1950)
• Uitdr.: Onder emand zan dóve schéte = hem nadeel berokkenen, beledigen. Zegt heum ma dat 'm mé za gebabbel achter ma gat lielek onder man dove geschoute-n-hij. (H. Diddens: Woordenboek van het Mechels dialect. 1999)