(19e eeuw) (Amsterdam, sch.) het legen van een beerput, dat doorgaans 's nachts gebeurde. Stoett denkt aan een woordspeling tussen 'bruid' (ondertrouwde vrouw) en 'bruid' (dat vroeger ook drek betekende). 'De bruid uitdragen' betekende vroeger 'de beerput leegmaken'. Kijk ook onder menisten*.
• Sinds de Guanine-fabriek, en met haar 't geheim der reukeloosmaking, ten grave is gedaald, is mijn reukorgaan in verzet, en grève gekomen tegen 't ophalen der faecalia van de N. R. Ct. Trouwens dat putruimerswerk, wat de Amsterdammers noemen Menisten-bruiloft vieren, is wel zoo goed gedemandeerd aan hen, die L c. s. genieten en zich verkwikken aan pestilentiële miasmen. (De Maasbode, 26/11/1871)
• Waar Van Dale dan weer wèl van spreekt is van een „menistenstreek" en eene „menistenbruiloft". Hoe ter wereld zijn deze twee woorden toch ontstaan? (De Gids. Volume 66. 1902)
• Menistenbruiloft. Zeer eigenaardig is, naast de afdoende verklaring van bruiloft in dezen zin, het gebruik van wedding in het Eng. = “emptying a necessary house in and about London” (Geose). Vgl. ook Irish wedding the emptying of a cess-pool (Farmer & Henley). (F.P. H. Prick van Welly: Hollandsch-Engelsche raakpunten en parallellen. 1907)
• (Alfons de Cock: Spreekwoorden en zegswijzen: afkomstig van oude gebruiken en volkszeden. 1908)
• Toen onze bezoekers vertrokken waren, zei Jaap: „je moet ze maar nooit „Menisten” noemen. Dien naam hooren ze niet graag, ze willen liever „Doopsgezinden” heeten. Het komt zeker door de leelijke beteekenis, die men aan de woorden „menistenstreken”, eene „menistenbruiloft” geeft, dat vooral Neeltje boos wordt, als je zou vragen: „ben je ook menist, Neeltje?” (School en leven, 18/10/1917)
• De buurt merkte van het feest de heerlijke geuren, die van het bereiden der feestmaaltijden sterk tot haar doordrongen. De uitdrukking: „Menistenbruiloft die in sommige streken schertsenderwijs gebruikt werd voor: het legen der beerputten, komt waarschijnlijk hiervandaan. (De Zondagsbode, 17/03/1935)
• (Koenen Verklarend Handwoordenboek der Nederlandse Taal. 18e druk. 1937)
• De emmers vol te krijgen is geen groot probleem. Voor het leeghalen zorgt de wagen, die beurtelings Boldootwagen wordt genoemd of Vrije Chassene. Vrije Chassene wil zeggen: vrij huwelijk. (Het is curieus, dat men elders in de stad een soortgelijke rioolwagen 'Mennistenbruiloft' noemt). (Meyer Sluyser: Voordat hij het vergat. 1973)
• Wie is deze mijnheer, vraagt prof. Martin zich af. Is hij een menist (doopsgezinde)? Die waren wel gewend aan spot en kritiek op hun vermeende schijnheiligheid. Een menistenstreek betekende een achterbakse streek en menistenbruiloft werd schertsend gebruikt voor het ledigen van de beerput. (De Telegraaf, 03/01/1987)