(1913) (stud.) in samenstellingen zoals cafémans (een pilsje); tikmans (begin maar te tikken); drinkmans (kan zowel dronkenschap betekenen als (vragende vorm) Ga je mee iets drinken?); fijnemans (mooi, netjes, keurig). Van Ginneken vermeldt reeds 'fijnemans' vóór 1913).
• Fijne-mans: mooi, netjes, keurig (als adj. en adverb.) (Jac. van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. Deel I. De sociologische structuur der Nederlandsche taal. 1913)
• ‘Je hadt hem vanmorgen eens moeten zien! Hij sloeg voor me aan, man, alsof ik de commissaris was! Fijnemans! En nou? Wat 'n vent!’ schamperde Pukkie. (J.B. Schuil: De Artapappa's. 1920)
• Brillemans was nooit in Italië geweest… (Ward Ruyslinck: De paardevleeseters. 1965)
• Waarom heb jij je frontje niet aan, foetmans? (Boudewijn van Houten: De ontgroening. 1971)
• ‘Mijn stiefvader noemde me “galgenaas” en ook wel “domkop” en als hij in een goed humeur was, “Simpelmans”. (Louis Ferron: Turkenvespers. 1977)
• Dat smaakte. Hmmm.... smullemans. (Rijk de Gooijer & Eelke de Jong: The best of Koos Tak. 1988)
• Den heelen dag loopt hier iedereen in de gekste sportcostuums (de Gertrude52 kostte 3 francs van wasschen!); alleen 's avonds trek je 'n fijnemans jas aan. (Jean-Louis Pisuisse: Mijn liefste lief. 1989)
• ... ik zal even checken of ik nog iets bij me heb met betrekking tot neusmans. (Joost Zwagerman: Gimmick! 1989)
• Afgesproken? Hand erop? Fijnemans! (Nieuwe Revu, 14/11/1991)
• Zelfs premier Lubbers speelt tegen zijn karakter in, sombermans met: 'Ik heb in alle jaren als minister-president nog niet zo'n ernstige situatie meegemaakt als waarin we nu verkeren. (Elsevier, 27/03/1993)
• “Post, katmans!” zegt hij tegen de slapende kat op de bank. (Ilja Gort: De vulkaan. 2017)
• Dat woord willen wij hier niet horen, feutmans. In de tent je bek schrobben, en gauw. (Viktor Frölke: Het dispuut. 2017)
• ‘Propria cures, jammermans!’ riep Clausing de fietser nog na. (Viktor Frölke: Het dispuut. 2017)
• ‘Bedoelen jullie Clark Cunt?’ vraag ik, niet wetende wat de echte naam van de ongecapete sukkelmans is. (Maartje Willems: Vanaf nu wordt alles beter. 2018)
