Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 29-07-2020

handel

betekenis & definitie

1) (1972) (euf.) (meestal verkleinvorm) mannelijk geslachtsorgaan. Van het Engelse 'handle' (handvat) maar met een Nederlandse uitspraak van de a. Of gaat het hier om een interpretatie van de informele betekenis van 'handel', nl. spulletje?

• Maar toen ik hem naakt en met een stijve pik aan Lionel wilde voorstellen, kreeg hij zijn handel met geen mogelijkheid omhoog. (Xaviera Hollander: De Happy Hooker. 1972)
• Ik dacht wat heeft hij nou in zijn hand. Staat hij met zijn hele handeltje uit zijn broek zich af te trekken. (Leeuwarder Courant, 01/11/1986)
• Wat is de doorsnee herenonderbroek dan een ongelooflijk saai gebruiksvoorwerp! Functioneel, maar gefabriceerd zonder een greintje verbeeldingskracht, net goed om er je handeltje in op te bergen... (René Stoute: Het grimmig verlangen. 1991)
• Zit hij steeds met zijn tong in je oor? Moet je eens bij hem proberen! Is hij actief met zijn mond? Pijpen die handel! (Lydia Rood: Zij haar zin. 1996)
• Later probeerde hij te sjorren, in de hoop kalm en moe te worden, maar zijn handel was zacht en als levenloos in zijn hand blijven liggen. (Willem Bijsterbosch: Van de wachters. 1997)
• Hij zwaait naar haar met zijn handel nog uit zijn broek. (Sjanti Mahabier: De Keizer van Rotterdam. 2009)

2) (1974) (inf.) spullen; troep; rommel.

• Werd ik het zat en heb ik de hele handel op een gegeven moment buiten de deur gezet. (Leidsch Dagblad, 12/10/1974)
• 's Ochtends om zes uur stond heel Terschelling paraat; met laadschoppen, tractoren, karren, de hele handel. (het Parool, 10/06/1993)
• Uiteindelijk komt het er op neer dat de broers kunnen kiezen: de hele handel weer inladen of mee naar het politiebureau. (Algemeen Dagblad, 16/06/1993)
• Dus ritste ik mijn broek los en trok hem, onder de dekking van mijn lange trui, samen met mijn slip omlaag, propte het inlegkruisje erin en hees de hele handel weer op: Zie je dat, mama? Zo moet je die dingen gebruiken. (Renate Dorrestein: Mijn zoon heeft een seksleven en ik lees mijn moeder Roodkapje voor. 2006)

3) (1974) (inf.) zaak, kwestie: 'de hele handel gaat niet door.'

• Hoores Kolkvet, ik wil d'r niet langer over zeiken. We doen het, of we vergeten de hele handel. Twee, en geen cent meer! (Ruud van Hemert, Gied Jaspars, Wim van der Linden, Wim T. Schippers: Het Barend Servet effect. 1974)
• Ware het dan niet beter de hele handel voorlopig uit te stellen, in plaats van nu een krakkemikkige regeling in te voeren die onvermijdelijk op een kostbare administratieve ramp gaat uitdraaien? (Algemeen Dagblad, 25/06/1996)