1) (1350) (inf.) hitsig, seksueel opgewonden; begerig. Oorspr. betekende dit woord ‘vrolijk’ en ‘dartel’, later werd het meer in de zin van ‘lichtzinnig’ en ‘wellustig’ gebruikt. Sinds begin 20e eeuw ook in uitdrukkingen zoals: ‘geil als een aap; als boter, als een bok, als een bos uien enz.’ Lesbische vrouwen heten ‘zo geil als een slak’ te zijn (zie Kunst & Schutte).
• Mottige Antoon, met verstompte tronie, de wreedste helper bij beroovingen, biechtte al de geheimen van de verborgen klappers, doch niemand geloofde hem en Akie grijnsde, geil als een aap, onder het gebluf van zijn strafschuldigen gawwer en vertelde vloekend dat hij niets mocht eten omdat hij een bloedende maagzweer had. (Israël Querido, De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 4: Mooie Karel. 1924)
• Ook Jan was een soort ‘jood’ geworden, een Amsterdamse jood, geniepig zwijgend en zo geil als een bok. (Simon Vestdijk: Pastorale 1943. Eerste druk 1948)
• Je weet toch wel dat die geile joden altijd achter christinnen lopen te hijgen. (Adriaan van der Veen: Het wilde feest. 1952)
• Een leerling keek haar op de kleine koer even aan, en zij werd razend van drift. Zij stond er op, neen zij eiste het, dat deze leerling zeer streng werd gestraft. Er moesten maatregelen getroffen worden, dat iets zo heiligs niet door geile blikken werd bevlekt. (Louis Paul Boon: Niets gaat ten onder. 1956)
• O ja, onder elkaar hadden hij en de jongens er wel over gepraat, over meisjes. ‘Hoe zou ze zijn in bed?’ ‘Die, die is zo geil als boter.’ (Henk van Kerkwijk: De stervende dode. 1965)
• Trouwens, het zijn twee geile meiden, dat wordt altijd op de drukkerij verteld.
‘Een leuke meid,’ zei hij, ‘dat weet ik. Maar geil als boter.’ (Rinus Ferdinandusse: De brede rug van de Nederlandse maagd. 1968)
• Er komt er hier eentje, éen keer in de week, en daarvoor moet ik mijn geslacht volstoppen met popcorn, dat vindt ie geil. (Jan Cremer: Made in USA. 1969)
• Weet je waar je wijven geil mee maakt? (Arie B. Hiddema: Dag heer. 1970)
• Van wat hasjiesroken word je vreselijk geil. (Armand: Stoomboot. 1974)
• ‘Zo geil als boter, dat verzeker ik je,’ zei Wondrascheck, mijn stalhulpje. (Louis Ferron: Het stierenoffer. 1975)
• Elke man die haar zag werd op slag geil. (Margaretha Ferguson: Elias in Batavia en Jakarta. 1977)
• En die duitse wijven, een geile troep. (Hermine Heijermans: Leven met eros. 1979)
• Voor hij het wist lag ze met d'r benen wijd, zo geil als boter. (J..A. Deelder: Schöne Welt. 1982)
• Ik kom mee. Ik ben zo geil als een aap. (Bert van der Veer: De laatste voorstelling. 1984)
• Lekker wijf! Geil als boter! (Marjan Berk: De feminst. 1984)
• Nee, waar ik van baal, is dat je je opdoft en zo geil als boter doet totdat het menens wordt en ik aan je wil komen, dan... krab je me bijna de ogen uit. (Gerrit Grobben: Wolfram. 1989)
• ‘Ik was vanaf dat moment zo geil als boter,’ zei ze, ‘maar mezelf aanraken, dat durfde ik toch niet.’ (Lydia Rood: Louter lust. 1993)
• Een geblondeerd meisje riep: ‘Ik ben geil! Eindelijk ben ik geil!’ (Herman Brusselmans: Ex-drummer. 1998)
• Daar stond ik in King’s Lynn, in de regen, goed doorvoed, schoon en uitgerust, maar wel zo geil als een pakje boter. (Bob den Uyl: Er kon niets verkeerd gaan. 2005)
• Ik was dronken van glorie, wiet en alcohol, en zo geil als boter. (Walter van den Broeck: Een vrouw voor elk seizoen. 2011)
• Sophia is een heerlijk net-nietje, ruig als een kokosmat en geil als oud-Detroitse roomboter. (Jeroen Guliker: Zeven vrouwen later. 2017)
• ‘Ik zweer je dat ze zo geil is als boter,’ zei hij overtuigend. ‘Ik moet haar gewoon een keer neuken!’ (Rob van Donselaar: Studio Zeezicht. 2018)
2) (1965) (jeugd) (gezegd van muziek of kleding) erg goed, leuk, mooi. Vgl. Duits 'geil' in dezelfde zin.
• Hier heb ik dat legerpak nog aan. M'n eigen chauffeur in die geile jeep zeg. (Rudolf Geel: De weerspannige naaktschrijver. 1965)
• ... geile synthi-disco in 'Derious'. (Oor, 25/01/1986)
• De geile muziek van The Dazz. (Vinyl, oktober 1986)
• Met Cameo maakte ik in 1984 al kennis via de supergeile single 'She's strange'. (Oor, 04/10/1986)
• Geil: goed. 'Dat is tenminste geile muziek.' (Marc Hofkamp & Wim Westerman: Aso’s, bigi’s, Crimi’s. Jongerentaalwoordenboek. 1989)
• Waar het wel om gaat: Ajax wint op z'n sloffen met 3-0. Mede dankzij een 'geile' goal' van Dennis Bergkamp. Want Dennis speelt 'geil', vinden ze. (Nieuwe Revu, 16/12/1992)
• Alleen van de muziek kom ik al klaar. Zo geil, man, zo lekker! (Sytze van der Zee: Potgieterlaan 7. 1997)
• Geil - dat was een vies woord, maar nu wordt het net als het Duitse geil gebruikt om waardering uit te drukken. (Peter Burger & Jaap de Jong: Taalboek van de eeuw. 1999)
• De metallic Bentley van Connie Breukhoven, ooit Vanessa, rijdt de parkeerplaats van Radio 538 in Hilversum op. “Wat een geile bak!” roept Gordon, terwijl hij uit het raam naar beneden kijkt. (Leon Verdonschot: Hart tegen hart. 2005)
• 'Geile outfit. Stel me eens voor,' beveelt hij. (Renate Dorrestein: Echt sexy. 2007)
• Geil: supermooi of superleuk. Hij woont in een geil huis. Onze commissie is supergeil. (David Bremmer & Arjen Van Veelen: Studenten-ABC - Mare 01, 6 september 2007)
• De jankende en voortdurend kort solerende gitaar. Geile muziek! (Remco Daalder: Grafherrie. 2008)
• Tweehonderd naar den Haag en terug. Geile auto. (Vrank Post: Kapot. 2009)
• ‘Geile goodiebag,’ zei Julius. (Robert Vuijsje: Beste vriend. 2012)
3) (1925) (inf.) zaad, sperma. Ook: vrouwelijk schaamvocht. Syn.: bearnaisesausje*; buiksmeer*; creampie*; crème* de banane; eit*; engelenhaar*; fapsel*; fluitenkruid*; fopsneeuw*; fut*; hap*; jongensmelk*; kale* boer; kindervoer*; kruit*; kutkaas*; kwak*; lading*; levenssap*; liefdesmayonaise*; liefdesmelk*; likeur*; mannenpap*; mannensap*; melk*; munitie*; natuur*; neuksel*; olie*; piemelpap*; piemelsientje*; prethap*; pudding*; room*; sap*; saus*.
• Ons geil lag als een meer in ‘t ledikant. (E. du Perron, onder het pseudoniem van W.C. Kloot van Neukema: Agath. Een Sonnettenkrans. 1925)
• Gewoon zeggen wat ik ermee gedaan heb. Dat ik het geil tussen haar benen vandaan heb geveegd. (Jan Wolkers: Kort Amerikaans. 1962)
• Der zat nog een hele sliert geil van jou op der jurkie. (Haring Arie: Recht voor z’n Raap. 1972)
• O, ik krijg het zo afschuwelijk heet dat ik me geil ga rondspuiten! (Louis Paul Boon: Mieke Maaike’s obscene jeugd. 1972)
• Het kon me godverdomme nogantoe geen barst meer schelen, ik wrong en wreef me opene muis tegen z’n geertig likkende mond aan, vloekte nog eenmaal hemeltergend en spoot meteen al me geil, dat hij zo lekker vond, uit me mossel weg. (Louis Paul Boon: Mieke Maaike’s obscene jeugd. 1972)
• Ik gaf een schreeuw en spoot de rijkelijke druppels wit geil over de meisjesbuik zoals eens een oudtestamentische koning had gedaan om ongewenst nakroost te voorkomen. (Ben Borgart: De vuilnisroos. 1972)
• Ze lag op haar knieën onder een hengst, het paardengeil droop langs haar smoel. (Louis Ferron: Het stierenoffer. 1975)
• Erna wordt hij genaaid en moet het geil van de ander z’n priemer zuigen. (A. Moonen: Stadsgerechten. 1978)
• Ik gaf een schreeuw en spoot de rijkelijke druppels wit geil over de meisjesbuik zoals eens een oudtestamentische koning had gedaan om ongewenst nakroost te voorkomen. (Ben Borgart: De vuilnisroos. 1981)
• Het geil liep ze in de broek toen ze die stoere soldaten op de tanks zagen zitten, die frisse knapen met gebruinde gezichten, in schone uniformen. (Jan Cremer: De Hunnen. 1983)
• Ze proefde haar eigen geil. (Oek de Jong: Hokwerda’s kind. 2002)
• Hun beider gijl droop langs haar dijen, maar ze wilde meer… meer… (R. Fox: Niet om het geld. 2002)
• Ze veegde het geil uit haar kruis, schoof haar broekje recht.... (Jan Cremer: Ik Jan Cremer. Derde boek. 2008)
• Ik voel hoe geil uit mij vloeit, net als hij zijn vinger in mij naar binnen laat glijden. (Eef Lanoye: Sterrenogen. 2011)
• Ik vond een dikke klodder, pakte zoveel mogelijk op met mijn vingers en bracht het naar mijn gezicht. De geur van zijn geil maakte mijn kutje nog natter en ik schoof mijn andere hand tussen mijn benen. (C.C. Steens: Korte erotische verhalen. 2013)
• Ik merk dat als je opgewonden bent, je aars snel nat wordt door je geil. (A.H.J. Dautzenberg: En dan komen de foto’s. 2014)
• Zijn geil droop van haar kin op haar uniform, op de grond, in haar handen die ze als een bekken boven haar borsten hield. (Wilfried Hendrix: De solipsist. 2016)
• Voor het slapen gaan, kwam Koos ons voorlezen uit De AFC-ers. Als het licht uit was, ging het over geilen en geil. Toen ik vroeg wat dat was, geil, zei de grootste jongen: “Het spul dat op je pik zit, het is een beetje blauwig.” (Guus Luijters: Klein geluk Amsterdam. 2016)
4) (1974) (als tweede lid van een samenstelling) belust op.
• Ik mag wel zeggen dat ik niet zo autogeil meer ben; (Leidsch Dagblad, 20/09/1974)
• Net als professor doctor J. Goedegebuure is J. Weverbergh een geldgeile aap, vriendschap verramsjend aan wie er het meest voor biedt. (Jeroen Brouwers: Restletsels. 2012)
• Ik ben acteergeil. Niet van het toneel af te slaan. (Rick de Leeuw: De zin van het leven. 2012)
• … ze waren helemaal geil op gokken en dat ging niet over honderden guldens maar meer zoals ik ook mijn geld verloor: over duizenden. (Hendrik Jan Korterink: De Haagse penose. Achter de schermen van een gesloten onderwereld. 2012)
