Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 12-10-2023

gay

betekenis & definitie

(1975) (< Eng.) homoseksueel geaard; homoseksueel persoon. Oorspr. betekende het ‘vrolijk, hedonistisch’ (zo had men het over de gay nineties), later werd het geassocieerd met handelingen waarop een taboe rust. In de homoseksuele betekenis werd het woord in het Engelse taalgebied al opgetekend in 1925 (zie Green’s Dictionary of Slang). Volgens sommige Engelse bronnen zou het afgeleid zijn van het oudere 'gaycat' (homoseksuele jongen). De ‘gayscene’ is het wereldje van homoseksuelen. Een ‘gayclub’ is een uitgaansclub voor homoseksuelen. In Nederland was de Gay Krant van 1980 tot 2013 een maandelijks tijdschrift voor homoseksuelen, lesbiennes en biseksuelen. In Groot-Brittannië was een 'gay lady' lange tijd (tot in de jaren tachtig van de twintigste eeuw) geen synoniem voor een lesbische dame maar voor een hoer.

• In het kader van de „May is gay"-maand van homoseksueel getint theater in Mickery speelt .de Gay Sweatshop uit Londen dezer dagen (tot 25 mei) zijn tweede produktie „Ships". (Het Parool, 21/05/1975)
• Mede door toedoen van de fanatiek actie voerende zangeres Anita Bryant hebben homofielen en lesbiennes - de „gays" - in sommige staten van de Verenigde Staten (nog) niet dezelfde rechten als zij, door diezelfde Anita Bryant als „normaal" geschapen beschouwde medemensen. Als protest tegen Anita's niet malse hetze en ter ondersteuning van de „gays"-actie voor gelijke mensenrechten klom een Nederlands comité in de pen. (Het vrije volk, 21/07/1977)
• De grote gay-beweging, nauwelijks tien jaar oud, heeft belangrijke politieke invloed gekregen. (NRC Handelsblad, 28/04/1979)
• Nee, hij is ’n gay. (Simon Carmiggelt: De avond valt. 1980)
• Gay Palace wordt volgens ingewijden al bezocht door homo's uit verschillende delen van Nederland. „Zeeuwse homo's en die uit het oosten van het land gingen tot voor kort alleen uit in Amsterdam, Breda en Den Haag, maar bezoeken sinds een paar weken ook Rotterdam", weet Piet Gamelkoorn. (Het vrije volk, 29/12/1984)
• Veel gays met geld en vermaak in Dixit… (Joost Zwagerman: Gimmick. 1989)
• „Homo's zijn mietjes en kunnen niet sporten", is één van de vooroordelen waarmee John Avis wil afrekenen. Avis is voorzitter van de Amsterdamse homo-volleybalvereniging Netzo (woordgrapje) en wil de Gay Games naar Nederland halen. (De Volkskrant, 03/09/1990)
• Gay. Homoseksueel. (Marc Hofkamp & Wim Westerman: Aso’s, bigi’s, Crimi’s. Jongerentaalwoordenboek. 1989)
• Het strand hier recht tegenover. Alle gays van de wereld liggen daar bij elkaar. (Oscar van den Boogaard : De heerlijkheid van Julia. 1995)
• Petey was de vriend van Rickie en samen waren zij bezoekers van Jacobs Bierstube, ook wel 'kleine g' genoemd wegens het grote aantal gay's' onder de clientele. (NRC Handelsblad, 31/05/1996)
• Die Colin Powell, de stafchef van het Amerikaanse leger die zich met hand en tand verzet tegen het opnemen van gays, dat is toch een soort neger? (Tom Lanoye: Vitriool voor gevorderden. 2004)
• Uit het Engels kwam gay overwaaien: het woord brak volop door in de jaren zestig en zeventig en viel in België vooral op omdat twee vooraanstaande tijdschriften, Le Gai Pied en De Gay Krant, het circa 1980 in hun titel zetten. (Wannes Dupont e.a.: Verzwegen verlangen. Een geschiedenis van homoseksualiteit in België. 2017)
• In de geschiedenis zijn gay mannen nooit echt vriendelijk geweest tegen lesbiennes. (Fleur Pierets: Heerlijk monster. 2022)