1) (1925) (< Fr. fumer) (inf.) roken, paffen. Een joint wordt in jeugdige kringen wel eens aangeduid met 'foemp'. Je kunt ook 'een joint foempen'.
• Per dag zal men 11 millioen sigaretten kunnen afleveren. En nou, heeren, maar dapper aan 't „foempen". (Java-post, 07/08/1925)
• (Johan van Os: Maas en Waals Woordenboek. 1981)
• (Wim Daniëls: Werk-woorden. Foempen. Bram-pijn en andere bijzondere woorden in bedrijven en instellingen. 1997) p. 39
• Bij ons wordt foempen gebruikt voor het roken van een pretsigaretje.(https://nicolinewouterlood.nl, 17/01/2006)
2) (2008) (sold.) niets of nutteloze dingen doen; lummelen.
• Foempen is een woord, dat in het leger gebruikt wordt voor niets doen of nutteloze dingen, rondlummelen o.i.d.(http://www.coolbook.nl, 26/02/2008)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk