(1925-1930) (spot.) Duitse wagen of motorfiets van het merk DKW. Vgl. Dat Kreng Weigert; Duitse deuk.
• In onze prille jaren heette een voetbalclub welke zich getooid had met de fraaie naam Eendracht Doet Overwinnen strijk en zet nooit anders bij de tegenstanders dan Elf Dooie Opscheppers en in die jaren hoorden wij eens een fel concurrerende automobielhandelaar die iets had tegen tweetactmotoren spreken over Duitse Kinderwagen waarmee hij de DKW bedoelde. (Leeuwarder Courant, 03/08/1956)
• Wanneer een DKW een viertakt krijgt, gaat er immers toch iets kapot. Onlangs stond er een berichtje in de krant dat de Deense technikus Jörgen Skafte Rasmussen op hoge leeftijd was overleden. Rasmussen schiep ie DKW. Over de naam DKW zijn veel mopjes in omloop. Voor de oorlog deed „Duitse Kinderwagen" hier nogal opgang. De oorsprong ligt echter in de in 1916 door Rasmussen gekreëerde Dampf-Kraft-Wagen, een stoomauto zonder veel perspektief, want er werden maar een paar van gemaakt. (Leeuwarder Courant, 27/08/1964)
• Ernst Haindl reed, toen wij hem voor het eerst zagen, op een Duitse Kinderwagen, een motorfiets, een DKW. (Helga Ruebsamen: Het lied en de waarheid. 1997)
• Wij gingen met mijn eerste auto, een voor tweehonderdvijftig gulden van mijn Rotterdamse oom Rinie gekochte dkw. Duitse Kinderwagen. ... (Kees van Kooten: Omnibest. 1997)
• ‘Weet je wat dkw betekent?’ roept een meisje. ‘Dat Kreng Weigert.’ En een ander hoont: ‘Nee, Duitse Kinder Wagen! Hoe kunnen jullie daar met z’n zessen in?’ (Sytze van der Zee: Potgieterlaan 7. 1997)
• De auto, het symbool van mannelijkheid. Hij verhief zich tussen hemel en aarde. Al wat daaraan afbreuk deed, viel in ongenade. Zoals de DKW, die Duitse Kinderwagen werd genoemd of, erger nog, de Goggomobil. (Nederland. Een objectief zelfportret in 51 voorwerpen. 2015)
• Vader Schaefer liet zijn guldens rollen. Hij kocht een gele Deutscher Kleinwagen (DKW), een Duitse auto met open dak, die “Das Kleine Wunder” en “de Duitse Kinderwagen” werd genoemd. De auto, aangeprezen met de tekst “DKW heeft alles mee”, kostte in 1955 zo”n 6000 gulden. (Louis Hoeks: 'In geouwehoer kun je niet wonen'. Het leven van Jan Schaefer. 2017)
