Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 09-10-2020

dick

betekenis & definitie

1) (2017) (< Eng.) (straattaal) mannelijk geslachtsdeel.

• Wanneer je dick in stijve toestand 25 cm lang is en 6 cm dik, dan moet je heel zuinig zijn op de vrouwen die dat kunnen handelen.(www.funx.nl, 14/02/2018)
• (Vivien Waszink & Laura van Eerten: Kids, koffietjes & comfortzone. Waarom taal soms irritant is. 2018)
• Die Lyssna-chick zit zwaar op zijn dick. (Dieuwertje Heuvelings: Auxiety. 2020)

2) (2013) (< Am.-Eng. sl.) (jeugd) onnozelaar, lul.

• Ik kan op mijn strepen staan en zeggen: je bent zo en zo laat thuis, waardoor hij denkt, wat een dick en toch niet op tijd is. (HP/ De Tijd, 05/06/2013)

< >