Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 01-06-2020

dealer

betekenis & definitie

(1967) (< Eng.) verkoper van drugs.

• Dat is een van de interessante psycho-pharmacologische aspecten van het handelen in dope. Een dealer moet zijn produkt kennen. (Het moederkruid: een boek over marhuana. 1970)
Deze jongen gelooft dat hij de oorzaak kent van het plotseling sterk gestegen heroïnegebruik in Nederland, en met name in Amsterdam. „De hele markt is vergeven van de heroïne. Dat komt omdat een aantal „dealers" bij gokspelletjes met Chinezen hier in Amsterdam, nogal fors hadden gewonnen. (Nieuwsblad van het Noorden, 18/10/1973)
• (Steef Davidson: Drugs. Kruiden van hemel en hel. 1982)
• Wie pillen slikt, heeft een dealer nodig. (Myrthe van der Meer: UP. 2015)