Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 21-11-2020

de lamp aanhebben

betekenis & definitie

(1940) (zeem., euf.) dronken zijn.

• Men zal niet zeggen dat iemand „dronken" is. Daarvoor gelden ten eerste eenige uitdrukkingen aan de zeemanstaal ontleend : Hij haat de hoogte sk ep (skeep hebbe = ingeladen hebben; nl. de voile hoogte (niveau) van de flesch). Hij is fan de kjst (de kist is een bak voor het opbergen van bier of andere dranken, aan dek ; tengevolge van de bierkist dus). Andere omschrijvingen zijn : hij haat-te lamp an ; hij is skeef ; hij is kiekes ; hij is (half) om; hij is in de kroote; hij is lols; hij h at natte kouse. „We hadden 'n borrel op" wordt omschreven met : „Dat ging mit 'n snee in de neus" (zie Ned. Wdb. XIV, 2278). Men is dan niet „smoorloos"; veeleer „'n beetje luchtig". (G.S. Overdiep: De volkstaal van Katwijk aan Zee. 1940)