(1935) (euf.) geslachtsgemeenschap hebben, meestal (maar ook buiten) het huwelijk. Echt is hier een plechtig woord voor huwelijk. Zo kan men ook iemand ‘in de echt verbinden’. Zie ook: echtbreukeling* en echtelijk* vermaak.
• En die daar op die duivelsbulten weggedragen worden (...), dat zijn niet de zondaars, (...) de afvalligen, maar dat zijn zakenmensen, die (...) zich aarzelend filmsterren voorstelden, als ze de echt bedreven, en alleen naar de hoeren durfden als ze bezopen waren,... (Forum. Jaargang 4. 1935)
• (Ton den Boon: De taal der liefde. 2017)
Gepubliceerd op 12-06-2020
de echt bedrijven
betekenis & definitie