(19e eeuw) (euf.) menstruatie hebben. Ook: 'haar (moeilijke) dagen hebben’. Met even groot gemak kan men de week hebben of de maand hebben. Voor andere varianten, zie bezoek hebben*.
• (P.J. Cornelissen & J.-B. Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch Dialect. 4 delen. 1899-1906)
• (Spectrum Sex Atlas. Een nieuwe geïllustreerde gids. 1978. Vertaling en bewerking Liselotte de Vaal & Otto M. de Vaal. 1981)
• De meest voorkomende uitdrukking in Limburg is: de regels höbbe (Frans: règles). Ook de waek hebben komt veel voor, of de daag (dagen). Ik vond deze uitdrukkingen in het materiaal dat verzameld is voor het Woordenboek Limburgse Dialecten. Woorden voor ongesteld zijn staan in de zogeheten vieze lijst. (Wim Kuipers: Letterbak. Taalkwesties & Limburgs dialect. 1988)
• Ondanks de recessie waarmee Groot-Brittannie kampt, lukt het de vrouwen niet in de gevaarlijke fase van hun cyclus hun 'irrationele koopwoede' te matigen. Daarom krijgen ze het bevoogdende advies in hun moeilijke dagen 'de zomeruitverkoop te mijden'. (het Parool, 25/07/1992)
• (M.A. van den Broek: Erotisch spreekwoordenboek. 2002)
• Vagina, penis, erectie, penetratie, coïtus, menstruatie. Het mooiste bezit van de vrouw, de mannelijkheid, opgewonden toestand, de liefde bedrijven, de vrouw heeft haar dagen. (Marita Mathijsen: Seks in Limburg. 2012)
