Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 15-11-2021

creabea

betekenis & definitie

(2006) (inf.) creatieve vrouw (vooral met betrekking tot handwerk); doe-het-zelver. Samenstelling van crea* + Bea (een courante Nederlandse naam). In een creabea-bui zijn': zin hebben om creatief bezig te zijn.

• “Crea Bea’s” mooiste straat Tholen. (Eendrachtsbode, 04/05/2006)
• Donja van het architectenbureau is een bezig bijtje. Als crea-bea van de teken-en- plakafdeling vult ze haar dagen met de productie van mooie plaatjes en heldere grafieken die saaie teksten in presentaties moeten verluchtigen en verduidelijken. (Provinciale Zeeuwse courant, 07/03/2013)
• Ze bekijkt het bijgewerkte plekje nog eens. 'Heel creabea,' complimenteert ze zichzelf. (Kim Moelands: De vrouw in de spiegel: twee vrouwen één misdaad. 2016)
• We kijken niet meer op van creabea’s die figuurtjes in het schaamhaar aanbrengen en niemand schrikt nog als er plotseling op het strand een ongerept stukje bebossing uit een bikini ontsnapt. (Jeroen Guliker: Niet voor tere zieltjes. 2 2017)
• Ik zag mezelf altijd als zo'n creatief type, je weet wel, zo'n moeder die een speelgoedautootje kan maken van een cornflakesdoos en elastiekjes.' 'Crea Bea.' (Nora Roberts: Voor nu en altijd. 2017)
• Ger is een aardige vent, een beetje de mannelijke variant van het “Crea-Bea” type. Sandalen, hoog opgetrokken geitenwollen sokken, actief lid van de milieubeweging en hij heeft uit overtuiging geen rijbewijs. (Jeroen Guliker: Zeven vrouwen later. 2017)
• Mijn oma van vaders kant was creabea op en top. Zij maakte alles zelf, van kleding tot sieraden, en was de liefste oma die je je maar kon wensen. (Babette Labeij: Zing!: Dromen. Durven. Doen. 2018)
• Schuilt er een creabea in je? Maak zelf menukaarten of sierlijke naamlabeltjes voor om de wijnglazen. (Jet van Nieuwkerk: Uit huis met Jet: Voor een happy & healthy studentenleven; niet te streng en al helemaal niet saai. 2018)
• 'Creabea's' zijn het volgens de ouders, die rond de 10de verjaardag van de tweeling scheiden, altijd geweest. (Provinciale Zeeuwse courant, 22/02/2020)