(1960+) (< Fr. calamité) (med. euf.) fout; medische misser. Meer algemeen kan er ook een grote catastrofe, een rampspoedige toestand (in die zin reeds in de 17e eeuw) mee gecamoufleerd worden, bijv. een oorlog of een kernramp.
• Volgens Crul doen zich wel regelmatig risico-vergrotende situaties voor: de anesthesist is niet altijd aanwezig, als zich een calamiteit voordoet ontbreekt het vaak aan efficiency, de apparatuur voldoet niet altijd, er is onvoldoende voorinformatie over de patiënt beschikbaar en er wordt te veel verantwoordelijkheid overgedragen aan de verpleegkundige. (Trouw, 28/10/1981)
• De meeste fouten op het medisch vlak - al dan niet toegegeven - worden veroorzaakt door menselijk falen. Slordigheid, vermoeidheid en beoordelingsfouten. Deze fouten zouden in feite gemakkelijk te vermijden zijn geweest en zijn doorgaans ook geen erg ingewikkelde fouten. „Vaak zijn het", zegt Smalhout, “kleine fouten, die doordat ze niet op tijd worden opgemerkt, tot een calamiteit leiden. En dan geeft het pas die fouten af te doen met op te merken, dat waar gehakt wordt spaanders vallen. Dat kan misschien in elk ander beroep wel, maar zeker niet in een medisch beroep. Evenmin als in de luchtvaart.” (Leeuwarder courant, 08/10/1984)
• De feitelijke oorzaak van de calamiteit was het verwisselen van de nippels. Ik wist daar niets van. Ik voel mij niet schuldig. (Trouw, 10/12/1987)
• Maar ik voel mij absoluut niet verantwoordelijk voor de dood van deze kinderen. Ik heb geen beoordelingsfouten gemaakt, hier lag een medische oorzaak aan ten grondslag. Anders zou ik er toch zó niet over praten?! Het had ook niet veel met de organisatie te maken. Dit was heus een calamiteit." Vier calamiteiten dan? „De sterftecijfers onder zuigelingen waren in ons ziekenhuis lager dan het landelijk gemiddelde. Ik verwacht overigens geen veroordeling.” (De Telegraaf, 22/07/1994)
• In het medisch dossier dat hij in handen kreeg, las hij dat het ziekenhuis een dag na zijn vaders dood al concludeerde dat er mogelijk sprake was geweest van een 'calamiteit', ziekenhuisjargon voor een medische misser. (Trouw, 05/07/2021)