Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 09-09-2021

bloempjes plukken

betekenis & definitie

(17e eeuw, vero.) (euf.) z'n gevoeg doen. Niet te verwarren met ‘(iemands) bloempje plukken’.

• Doe gingen wy verby de Brouwery van 't Jerusalems kruys,
En juyst most ick bloemen, en ick liep onger de Varcke-sluys. (G.A. Bredero: Moortje. 1615)
• Ik bén éfkes bluumkes plukke. Ik ben even bloemetjes plukken. Gezegd door iemand die naar het toilet gaat. (Cor & Jos Swanenberg: Bij wijze van spreuken. Brabantse spreuken vergaard en verklaard. 2008)