Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 13-12-2021

bij mijn gezond

betekenis & definitie

(1886) ( < Jidd. gesoend) uitroep: verdraaid, verdorie.

• In drie maanden tijd grepen ze, bij mijn gezond! bijna 't glazuur van de kom, maar geen centen meer, hoor je! 't Was gedaan met Kaatje; o, p, op.’ (Justus van Maurik: Uit één pen. Novellen en schetsen.1886)
• Bij mijn gezond, hij hèt 'n oogie op 'r! .... Ze kijk je nog niet an mit 'r toches! (Is. Querido: Levensgang. 1901)
• In drie maanden tijd grepen ze, bij mijn gezond ! bijna 't glazuur van de kom, maar geen centen meer, hoor je! 't Was gedaan met Kaatje.... (Justus van Maurik: Uit één pen: novellen en schetsen. 1901)
• Kerwelsoep is ... 'n tof ete bij mijn gezond. (H. Heijermans: Sabbath. 1903)
• Ik zweer je, ìk geef ’r nog geen cènt voor bij mijn gezond. (Herman Heijermans: Diamantstad. Tweede druk. 1906)
• Bij mijn gezond, als ik toch nooit gedacht had, alsdat Isaäk nog eens aandeelen Omnibusmaatschappij zou verkoopen! (Justus van Maurik: Van allerlei slag. 1907)
• Bij mijn en uw gezond, dat zing u de heele dag na. (Voorwaarts, 12/09/1929)
• Bij mijn gezond hoe je ’n borrel voor me neme mot. Ben ’k je vrind of ben ’k je vrind niét? (Alex Booleman: Verdoemenis. Het leven van een speler. 1931)
• Bij mijn gezond meneer Pernis, zegt hij naar adem snakkend, ze begappen me. (Maurits Dekker: Brood. 1932)
• Bij mijn vrouwskinderen gezond! Waar ben ik? (Fr. Van de Vrande: Grensleven. 1936)
• Roewie, bij je moeders gezond, niet met je vuist, niet met je vuist'. (Meyer Sluyser: Amsterdam je hebt een zoute smaak. 1964)
• Bij mijn gezond, de slaap komt in mijn ogen
Met 't galledek mot ik mijn tranen drogen. (Louis Contran: Brief van een moeder aan haar zoon, die in de gevangenis zit. Ongedateerd)
• O ja, er is nog ‘n klein tapijtje bij; bij mijn gezond: ik geloof dat het ‘n Pers is. Met weeffouten. (Jan Mens: De kleine waarheid (1967)
• Arie, bij mijn gezond, Lood is een tofferik. (Haring Arie: Recht voor z’n raap. 1972)
• 'Als ik je een geheim vertel, zul je er dan met niemand over praten?'
'Bij mijn en bij jouw gezond,' grapte ik. (Sal Santen: Stormvogels. 1976)
• … maar Van Praag is een jodenman, die kan wel een jaar op zijn centen wachten, áls ”ie ze krijgt, bij mijn gezond. (Catalijn Claes: Zilveren zielen. 1978)
• Het is niet de bedoeling dat het publiek zich de blubber lacht om
Bij mijn en bij jouw gezond dat je er goed geld mee kan verdienen.... (Sal Santen: Saartje gebakken botje. 1983)
• Mij gezond, wat moet nou die smeris hier? (Louise Fokkens: Ouwehoeren. Verhalen uit de peeskamer. 2011)
• Bij mijn gezond, ik heb er gister nog één aan onze premier verkocht. (Maarten Spanjer: Geluk is een herinnering. 2019)