Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 11-06-2020

Bambi

betekenis & definitie

(1990+) (fin.) startende onderneming. Vgl. gazelle*.

• De bambi's en gazellen worden flink in de watten gelegd. Sinds staatssecretaris Willem Vermeend de scepter over de belastingen zwaait en Hans Wijers Economische Zaken bestiert, wordt het leven van startende bedrijven en ondernemingen die al een fase verder zijn, de snel groeiende 'doorstarters', fiscaal aantrekkelijker. (het Financieele Dagblad, 22/07/1995)
• Walt Disney is vanaf volgend jaar verplichte lectuur voor fiscalisten: Bambi wordt een onderdeel van de fiscale wetgeving. 1996 staat in het teken van de lastenverlichting en startende ondernemingen (Bambi's) en doorstarters (Gazelles) worden extra fiscaal gestimuleerd. De basis voor deze plannen is al voor de vorming van het huidige kabinet gelegd door de hoogleraren van de PvdA-fractie, W. Vermeend en R. van der Ploeg. (NRC Handelsblad, 26/09/1995)
• De 'bambi' is in Haags jargon een 'gazelle' geworden. Beoletto is allang geen starter meer, hij is een erkende fabrikant. (het Parool, 29/11/1995)
• (Riemer Reinsma: Neologismen. 1999)

< >