Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 29-02-2020

Arie

betekenis & definitie

(1971) (mar. en jeugd) iemand die flink doet; opschepper. Misschien een verkorting van Arie* Bombarie?

• De man in kwestie was filmmaker Paul Verhoeven, de film waar hij toen aan bezig was „Korps mariniers", in marine-jargon achteraf hogelijk geprezen als „een Arie-fiim". (de Telegraaf, 01/10/1971)
• (C.A.J. Hoppenbrouwers: Jongerentaal: de tipparade van de omgangstaal. 1991)